Kat houding : variatie

We starten onze houding op dezelfde manier dan de vorige houding,
de kathouding :

we zitten op handen en knieën.
De knieën onder de heupen,
de handen onder de schouders.

Het is net of we vormen met ons lichaam een tafeltje.

De variatie met de vorige houding :

Inademing :

We strekken het linker been naar achter.
Maar we strekken de rechter arm uit naar voor.



Uitademing :

We plaatsen de linker knie 
en rechter hand terug op de mat.

We herhalen deze houding 4 x
iedere keer met linker been en rechter arm.

Op het ritme van onze ademhaling.


Daarna wisselen we de houding af :

Inademing :

We strekken het rechter been naar achter.
Maar we strekken ook de linker arm uit naar voor.


Uitademing :

We plaatsen de rechter knie
en linker hand terug op de mat.

Ook langs deze zijde herhalen we deze houding 4 x.

Na het beëindigen van deze houding maak je de polsen eventjes los door een draaiende beweging te maken (cirkels maken met de polsen)

Je kan even ontspannen in de kindhouding.

De houding werkt op :

- het evenwicht (je zal voelen dat je de neiging hebt om te wiebelen)
- op de schouders (rek je arm goed naar voren)
- op de bovenbeenspieren (rek je been zo goed mogelijk uit naar achter)
- op de onderrugspieren
- chakra II : heiligbeencentrum